other languages
日本人
よく知られているように、マイバッハの世界に贅沢の限度はなかった。インテリアはもちろん、ボディ、エンジン、シャシーも常にこの原則に従って設計されていた。
1931年、フリードリヒスハーフェン工場はDS8という略称で新機軸を打ち出した。この略称は 「Double Six 8 Liters Displacement 」の頭文字をとったもので、DS7とは対照的に、後継モデルの12気筒エンジンはまるまる1リッター拡大され、排気量は8リッターとなった。シャシーだけで1,950kgという高重量にもかかわらず、これは170km/hを出すのに十分だった。DS7とは対照的に、バキューム式のプリセレクション・シフトを採用した新型5速トランスミッションも高速性を支えた。シャシーには3,660mmと3,750mmの2種類のホイールベースが用意された。
当時52歳だったグスタフ・アウグスト・ハインリッヒ・ツィングは、フリードリヒスハーフェンの工場にDS8を注文した際、ホイールベースの短い下部構造を選択した。1899年にドイツからベネズエラに移住したハンザ同盟の大富豪は、1931年にスポーン社製のボディを装着した2ドアスポーツコンバーチブルを故郷に持ち帰った。ツィングは彼の白いオープンカーを、当時マイバッハが提供していたツェッペリン・ラインに仕立てた。これには、フェンダーをわずかに変更し、ランニングボードがフロントとリヤをつなぐ役割を果たすなど、ボディへの介入も含まれていた。彼のDS8は、第二次世界大戦後にアメリカ人の手に渡り、2004年にドイツに戻ってきた。
Nederlands
In de wereld van Maybach bestonden er zoals bekend geen grenzen voor wat betreft luxe. Dat betrof zowel het interieur, de carrosserie als de motor, maar ook het onderstel werd steeds weer volgens dit principe gebouwd.
In 1931 bood de fabriek uit Friedrichshafen een nieuw model aan met de afkorting DS8. Deze afkorting stond voor “Doppel Sechs 8 Liter”. In tegenstelling tot de oude DS7 werd de inhoud van de 12-cilinder van deze opvolger nu met een heel liter verhoogd – tot 8 liter dus – waarbij een maximum vermogen van 200 pk bij een bescheiden 3.200 t/min op uiterst soepele wijze tot stand kwam. Dit was, ondanks het hoge gewicht van de auto - alleen het chassis woog al 1.950 kilo - voldoende voor een snelheid van zo’n 170 km/u. Die hoge snelheid werd daarbij bovendien ondersteund door een nieuwe vijfversnellingsbak die – in tegenstelling tot bij de DS7 – met een vacuüm bediende preselector was uitgerust. Het chassis was in twee lengtes, met een wielbasis van resp. 3660 en 3750 millimeter verkrijgbaar.
Toen de 52-jarige Gustav August Heinrich Zingg de fabriek in Friedrichshafen benaderde en een DS8 bestelde koos hij voor het onderstel met de korte wielbasis. De uit Hamburg afkomstige handelaar had flink verdiend en was in 1899 vanuit Duitsland naar Venezuela vertrokken. In 1931 nam hij zijn tweedeurs sport-cabriolet met koetswerk van de firma Spohn mee naar zijn nieuwe vaderland. Zinng liet zijn witte cabriolet aanpassen aan de indertijd door Maybach aangeboden Zeppelin-uitvoering. Daaronder vielen aanpassingen aan de carrosserie, zoals bescheiden veranderingen aan de spatborden, waarbij een treeplank als verbinding tussen de voorste en de achterste diende. Zijn DS8 kwam na de Tweede Wereldoorlog in handen van een Amerikaan en vond in 2004 zijn weg terug naar Duitsland.
Polski
Español
Como bien es sabido, nunca ha habido límite al lujo en el mundo Maybach. Interiores, carrocerías, motores, chasis…todo se ha diseñado siempre de acuerdo a este principio.
En el año 1931, la fábrica de Friedrichshafen creó el DS8, abreviatura de “Double Six 8 Liters Displacement”. En contraste con el DS7, el motor de 12 cilindros del DS8 pasó a tener un litro más de capacidad que su antecesor, y una potencia de 200CV a 3.200rpm. Esta potencia era suficiente para que el vehículo alcanzara los 170km/h, a pesar del gran peso del vehículo (solo el chasis pesaba 1.950kg). Para lograr este buen rendimiento, el vehículo era provisto de una caja de cambios de cinco velocidades que, en contraste con el DS7, tenía un cambio de preselección accionado por vacío. Se ofrecían dos chasis diferentes, de 3.660 mm y 3.750 mm respectivamente.
Gustav August Heinrich Zingg, que en aquel momento tenía 52 años, fue uno de los clientes de Maybach que optó por el chasis más corto del DS8. El hanseático, que había emigrado de Alemania a Venezuela en 1899, donde había hecho una gran fortuna, llevó a su país adoptivo un descapotable de dos puertas con una carrocería del fabricante Spohn, sobre la base de este modelo de Maybach. Zingg llevó a cabo la transformación del coche en la línea Zeppelin ofrecida por Maybach en aquella época. Esto incluyó modificaciones en la carrocería y unos ligeros cambios en los guardabarros, donde se colocaron piezas que unían la parte delantera con la trasera. Este coche cayó en manos de un estadounidense tras la Segunda Guerra Mundial y volvió a Alemania en 2004.